De Toppers naar CANADA!

Hope

We zitten na twee dagen rijden nu in Hope. Gisteren in Revelstoke aangekomen, nadat we vanuit Banff vertrokken zijn. Tot nu 3325 km gereden en morgen wordt dat ca. 3500 km. Voor ons doen valt dat dus reuze mee. Toen we van Banff vertrokken was de eerste stop bij Emerald Lake. Een meer wat normaal dus behoorlijk groen is maar wij toch meer blauw vonden. Jan en Hans hebben nog even gekanood, want dat moet je in Canada wel gedaan hebben vond Hans. Leuk om te doen hoor en zo op het meer heerlijk rustig. Aan de rand van het meer op het terras van een heerlijk slap bakkie 'genoten' en weer verder gegaan. Vlakbij is Natural Bridge, een rotsformatie die door het bulderende water zo uitgesleten is dat het water nu door een gat stroomt. Een hele Amish familie kwam ook een kijkje nemen. Blijft een bijzonder gezicht hoor; allemaal in 15de eeuwse kleding met sportschoenen.

En toen was de reis eigenlijk richting Vancouver en dus was onze vakantie ook een beetje aan het einde. Revelstoke en Hope zijn eigenlijk meer overnachtingsadressen dan plaatsen die we wilden zien. Maar allebei hebben ze een beetje een slaperige uitstraling met veel motels en restaurants. Revelstoke leek erg veel (een beetje eng veel) op het stadje Ambrose uit de horrorfilm:'House of Wax'. Die versie met Paris Hilton. We misten de benzinepomp, maar de oude huizen, de bioscoop en zelf een soort gebouw á la waxmuseum stonden er. Spooooooky! Gelukkig we sliepen niet in het Hilton, dan was het pas echt eng geweest...

We willen jullie allemaal heel erg bedanken voor de leuke berichtjes die jullie hebben achtergelaten, de extra fotoruimte en het meeleven. We hebben een superreis gehad en genoten van de natuur hier. De Canadezen komen ons veel vriendelijker, opener en echter over dan de meeste Amerikanen die we ontmoet hebben en kunnen iedereen ondanks de vele regen Canada aanbevelen als vakantieland. Neem wel een dikke creditcard mee, want het is allemaal toch wel duurder uitgevallen dan we verwachtten.

Nu nog een goede reis naar huis. We hebben deze keer een tussenlanding op Heathrow/Londen en daar staakt men...


Nogmaals bedankt en tot de volgende keer!

Blauwe meren en nog meer beren

Hallo allemaal! Weer een berichtje uit Canada, over Banff om precies te zijn. De titel had net zo goed 'Op berenjacht deel IV' kunnen heten, maar dat komt zo. ´s Morgens vertrokken we uit Jasper om via de Icefields Parkway naar het 230 km verder gelegen Banff te rijden. Een weg langs sneeuwtoppen, watervallen, valleien en bossen. Eigenlijk alles wat je van Canada verwacht. Van een trouwe lezer van dit blog kregen we het advies om onderweg de Athabasca Falls te bekijken en we zijn blij dat advies op gevolgd te hebben. Wat een donderend geweld en je kunt er zo lekker dichtbij naartoe zonder enorm te klimmen. (so convenient!). Een paar kilometertjes verder stonden er weer auto's langs de kant: WILDLIFE ALERT! Deze keer weer een leuke zwarte beer langs de kant. Het was nog een jonkie (een flinke cub) dus moeder was in de buurt. Gewoon uit het autoraampje inzoomen en weer doorrijden. Ze maken het de toeristen zo gemakkelijk hier! Hier ook weer een sukkel die kennelijk levensmoe is en gewoon er naartoe loopt. We reden maar snel door voordat we met de ruitenwissers de bloedspetters moesten weg wissen...

Toen we weer bij de gletsjer aankwamen konden we de verleiding niet weerstaan om gewoon door te rijden (de dag daarvoor hadden we hem al bezocht) En Hans is nog even een hike gaan doen naar de voet van de gletsjer. Daarna was het weer raak: WILDLIFE ALERT! Dit maal een bruine beer. Geen grizzly (hoewel...we zijn geen kenners) maar een blonde zwarte beer. Kennelijk hebben ze hier ook Wella kleurnummer 14. Hij/zij stond aan de andere kant van de weg dus wat doe je dan..... je stapt uit.
Gelukkig lag er een flinke greppel langs de weg, maar we stonden we toch 10 á 15 meter vanaf. Dom hè? Gelukkig hadden we die ochtend netjes met mes en vork gegeten en stonken we niet naar bacon.

Na een lange en zeer mooie rit kwamen in de buurt van Banff langs knalblauwe meren. En dan bedoelen we: KNALBLAUW. Zoals uit een wasverzachter-reclame (Nieuwe geur: Mountainbreeze). Geen enkele foto kan die kleur benaderen (met photoshop misschien wel) maar jullie zouden het echt eens in het echt moeten zien.
De intens blauwe kleur wordt niet door de Canadese VVV erin gemikt, maar komt door de zeer fijne deeltje silt, ook wel Rock Flour genoemd. Dit absorbeert alle kleuren licht behalve die in het blauwe gebied. Door het smeltwater komen de deeltjes in de lente en in zomer in de meren hier terecht.
Een meer later zag er vanuit de auto wel heel vreemd wit uit. Het Bow Lake was nog bevroren maar al aardig aan het smelten. Jammer dat Peyto Lake ook bevroren was en de weg er naar toe afgesloten. We hadden graag van bovenaf of het blauwe, KNALblauwe meer willen kijken maarja.
Een beetje uitgkakt kwamen in Banff aan. Veel drukker en meer toeristisch dan Jasper maar uiteindelijk was het gewoon meer van dezelfde winkels, alleen groter en duurder. Lekker gegeten bij Peyto Bill (western restaurant) en omdat Hans de hele vakantie nog geen eland gezien heeft bestelde hij een elandburger. Dát zal ze leren!
De volgende dag was er (JAWEL) regen voorspeld. Omdat we 50 km verderop moesten zijn gokten we erop en zijn toch naar Lake Louise gereden. En gelukkig het bleef grotendeels droog. Prachtig meer met prachtige achtergrond en prachtig blauw en dan een donderwolkenlucht past er gewoon niet zo bij. We zijn niet teleurgesteld, maar het was er wel koud. Aan de rand van het meer staat een nogal kitscherig duur hotel waar we een kopje koffie (en wat lekkers) namen om wat op te warmen. We kregen het in papieren bekers mee en het was natuurlijk weer niet te z..drinken. Moraine Lake was onze volgende stop. Viel in eerste instantie tegen omdat het nog vroeg in het jaar was en het meer nog maar halfvol was, maar er was een grote berg met stenen en vanaf de top zag het er toch wel heel mooi en indrukwekkend uit. Net of het zo neergezet is in een perfecte compositie.
En toen begon te toch weer te gieten. We reden naar Banff terug en besloten de Grotten en Hot Springs te zoeken. Lekker onder een afdakje. De Hot Springs zijn zwavelbaden die in 1883 door drie spoorwegarbeiders ontdekt zijn. na flink gesteggel over de grond besloot de regering dat het stuk land van niemand was en zo was het eerste Nationaal Park geboren. Na afloop nog een lekker warm bad genomen in een andere bron zodat we lekker soezig een Thai binnenstapten. Een heel verhaal deze keer, maar we hebben veel gezien en gedaan en nu zijn we moe.

Truste!

Op berenjacht deel III

Een berichtje uit Jasper deze keer. We zitten net in onze kamer in Tonquin Inn na te genieten van een MapleWalnut ijsje. Heel toepasselijk, maar daarover meer. Gisteren zijn we naar Maligne Lake gereden. Eerst even een fotostopje bij Medicine Lake. Dit meer loopt telkens leeg, terwijl er geen af- maar wel een aanvoer te zien is. De Indianen vonden dit verschijnsel tovenarij en noemden het Magic/Medicine Lake. Nu is het nog steeds niet helemaal bekend hoe het meer leegloopt, maar waarschijnlijk heeft de bodem gaten in kalksteen waardoor het langzaam via ondergrondse systemen leegloopt. Een soort spons als het ware. Daarna verder naar Maligne Lake (Frans voor kwaadaardig). De naam is gegeven door een Franstalige missionaris die bijna verdronk in de bijbehorende rivier. De naam is alleen toepasselijk als je in het meer valt. Binnen twee minuten verdrink je omdat je spieren verstijven door het koude water. Zelden zo'n liefelijk meer gezien...

We hadden heel veel geluk, begin van de week was het meer nog bevroren en juist de dag dat wij er waren was men begonnen met de boottochtjes over het meer. Na een prachtige 'rit' meerden we aan bij Spirit Island. Dit kleine schiereilandje met wat dennenbomen is fotogeniek in het kwadraat! Als een Bob Ross schilderij stond alles op zijn plek. Maar zo mooi als op de ansichts krijg je het zelf natuurlijk nooit. Onze poging is bij de foto's te zien. Wat is het hier mooi zeg. Op de terugrit zagen we bij Medicine Lake weer auto's langs de kant staan en dat betekend: WILDLIFE. En ja hoor, wéér een Zwarte Beer zat daar op zijn gemak paardenbloemen te eten. En hoewel hij dichtbij zat kon iedereen van een veilige afstand meekijken. Gaat er toch weer een sukkel steeds dichterbij staan hoor. Gelukkig stond er die dag geen toerist op het menu. Ook nog een paar Wapiti-herten, steenbokken en Bighornsheep gespot. Het is hier bij de wilde beesten af!!!

Vandaag nog op beverjacht geweest, maar veel meer dan de burcht hebben we niet gezien helaas. We vertrokken naar de Columbia Icefield via de Icefields Parkway richting Banff. Een werkelijk schitterende tocht. Hij staat bekend als één van mooiste routes ter wereld en dat geloven we direct. Overal doemen indrukwekkende bergtoppen op en met sneeuw bovenop ziet het er helemaal super uit.Eigenlijk hadden we deze rit in de route opgenomen om direct door te rijden naar Banff, maar omdat we de kamer een dag extra geboekt hebben moesten we na afloop weer terug. En dat vonden we helemaal niet erg hoor! Morgen doen we dus een stuk voor de tweede keer en we verheugen ons er nu al op. Bij Mount Columbia aangekomen boekten we een excursie naar de Athabasca Gletsjer. Met een soort bus op monsterwielen gingen we onder een hoek van 32 procent (huul steil dus) de gletsjer op. En toen begon het te sneeuwen! We zaten op een gletsjer met 300 meter ijs onder ons en er kwam weer een laagje bij. Maar net toen het humeur ging dalen (je zag bijna niks) klaarde de lucht als bij toverslag op toen we op het eindpunt kwamen. Stralend blauwe lucht en prachtige vergezichten, Joepie! Mensen vingen het smeltwater op en genoten van het zuiverste water wat ze ooit dronken, dachten ze... Op de terugrit vertelde de gids met leedvermaak dat het water vol zit met vulkanisch stof wat heel erg laxerend is en dat het toilettengedeelte in het infocentrum ooit het grootste van Noord Amerika was. Shiiiiiiiiiit!!! Is het toeval dat ze dit op de terugweg vertellen? Wij denken van niet. Na deze spectaculaire tocht zijn we naar de Miette Hotsprings gereden, een uurtje van Jasper af. Heerlijk genoten van het warme water wat uit de warmwaterbronnen komt. Omdat er veel zwavel inzit kun je beter je zilveren sieraden afdoen en omdat het water licht radioactief is verwachten we vannacht licht te geven. Handig als we 's nachts naar de WC moeten! (wij hebben geen gletsjerwater op)De dag begon met Ice en eindigde met ijs.

Verder is er in Jasper weinig te doen 's avonds. De winkels sluiten en alle barretjes en koffietentjes ook. Na het eten een bak koffie scoren is haast niet te doen zeg. Waar zit die Starbucks als je hem nodig hebt! In een restaurantje hebben we wat besteld wat nog het meeste te omschrijven was als 'koffie-fantasie'. Stel je voor: je spoelt de kan uit en wat er achterblijft warm je weer op. We hoeven niet bang te zijn dat we dat door de cafeïne niet kunnen slapen...

*SHINE*

Vandaag een berichtje uit Jasper. En we hebben zon! Nou ja een beetje dan, maar we zijn er blij mee. Alles ziet er gelijk mooier uit. Maar genoeg over het weer. Gisteren kwamen we na een lange rit in Wells Grey Prov. Park aan. Midden in het park liggen een paar ranches en bij één daarvan hadden we een blokhut geboekt. Alles was in Westernstyle en zelfs de toiletrolhouder was van twee hoefijzers gemaakt...

Het leukst waren eigenlijk de dieren op de ranch; een hele knuffelige poes en hond, paarden in de wei voor de hut en er vlogen hummingbirds rond. Dit zijn kolibris die zo hard met hun vleugeltjes klapperen dat zelfs met de highspeedshuttercamera geen duidelijke foto van te maken was. Op de hoeken van de saloon had men speciale hummingbird-drinkplaatsen gehangen. Het lijken op wespenvallen en waarschijnlijk zat er ook een zoete vloeistof in want het zal wel erg veel energie vergen, dat vliegen. Ze maken een soort snorrend geluid en zijn erg grappig om te zien.

's Avonds onze eerste Canadese zalm gegeten. Gemarineerd in witte wijn, terryakisaus en maple syrup. Zalig! Na een stevig ontbijt met french toast, scrambled eggs en bacon vertrokken we verder het park in om een paar van de mooiste watervallen van Canada te gaan bekijken. De Helmken Falls zijn 2,5 keer zo hoog als de Niagara Falls en die vonden we al zo indrukwekkend. Daarna gingen we op weg naar Jasper, waar we nu zijn. En het is hier MOOI hoor! De bergtoppen hebben allemaal nog sneeuw en de vergezichten zijn fantastisch. En met het beetje zon ziet het er allemaal nog beter uit! Na het eten (Chinees!) zijn Hans en Jan nog even in de hottub van het motel geweest. Relaxing hoor. Er is ook nog een sauna, zwembad en whirlpool dus genoeg te doen als het regent. Maar morgen niet...Morgen gaan we naar Maligne Lake toe. Op de plaatjes in de folders moet afgaand het er erg mooi zijn.

We vinden jullie reactie's erg leuk om te lezen en zo houden we toch een beetje contact met jullie in de verre Rockies! Het stikt hier trouwens van de Dutchies! Je tilt een steen op en er komt weer een Nederlander onder vandaan.

Op berenjacht deel II

Vandaag was de bedoeling om de Peak to Peak Experience te gaan doen in Whistler. Je gaat dan met de kabelbaan naar boven en dan ga je met een kabelbaan van 4,4 km lang van de ene bergtop naar de ander op zo'n 440 m hoogte. Maar jullie raden het vast al: alles vet in de wolken dus uitzicht van nul-komma-noppes. Op de webcam zag het er niet erg uitnodigend uit met harde wind, wolken en 2 graden Celsius. Werd dus een no-no. Om toch wat te doen besloten we een TreeTrack te gaan doen. Een tocht met gids door de boomtoppen via platforms die met elkaar verbonden waren met touwbruggen en trappen. Voor Egbert een hele klim, maar hij heeft het toch weer gered. Onderweg waren mensen bezig met ziplines. Dat zijn van die tokkelbanen maar dan extreem lang en hoog. Als Tarzans zoefden ze van boom naar boom (was leuk om te zien en Hans was jaloers). Op het laatste gedeelte van de tocht kwamen we langs de beruchte bobsleebaan (zie vorig verhaal) van de Olympische Spelen.

En daar liepen ze hoor: B E R E N! We hadden al eentje op de heenweg gezien die vlak voor onze auto overstak, maar nu hadden we er twee vol in beeld. Al snel kwamen ze een beetje té dichtbij en sowieso liepen ze op ons enige pad naar beneden zodat de gids ging bellen voor hulp. We hadden twee dagen geleden 3 uur op het water gezeten en 290,00 Can Dollars betaald en nu zagen we ze gratis en versperden ze de weg. Stomme beesten. Gelukkig kwam al snel een busje die ons veilig in Whistler dropte. Wat een spanning en sensatie! (Zie de foto's)

Whistler is 's zomers is vergeven van de moutainbikers. ze gaan dan met de kabelbaan omhoog en dan met een noodgang via allerlei parcours weer naar benee. Mountainbikes hebben geen spatbord en dat was te zien. Behalve dat de bikers onder de modderspetters zaten hadden ze allemaal een enorm remspoor op hun kont zitten (van het achterwiel natuurlijk). Grappig om te zien hoor, vooral als ze een (ooit) witte broek droegen. Wel jammer dat alle bankjes onder de modder zaten en je dus zelf ook snel met een vieze kont rond liep...

Op berenjacht

Het begint eentonig te worden. Niet dat we nu wéér in Chinatown zitten, maar dat het weer nog steeds niet wil mee werken. Volgens de locals is dit in twintig jaar de meest slechte lente en is het nog niet boven de vijftien graden gekomen (en alleen maar voor een gedeelte van de dag). Het begon op weg naar Ucuelet (even tussenstop in het suffe stadje Coombs met plastic kasteel en geiten op de daken van de lokale supermarkt) al te miezeren, maar aan het einde van de dag ging het zonnetje net voor ze onderging nog eventjes te schijnen. Snel terug naar de vuurtoren om een plaatje te schieten. Op de webcam die op de tv te volgen was konden we namelijk zien dat het er beter dan 's middags uit zag. Egbert was in het hutje gebleven en zag ons op TV heel hard zwaaien. De Toppers waren nu dus ook op de Canadese televisie te zien.
Tongue out


Het hutje was erg leuk en knus. Van hout gemaakt en met een vide en een veranda met bbq. We hadden bij de supermarkt steaks, spareribs en aardappelen in aluminiumfolie gehaald en samen met gegrilde tomaten en salade hadden we heerlijk maaltje. Buiten hoorde je de adelaars en liepen hertjes en het was allemaal heel idyllisch. Tevree gingen we slapen want de volgende dag zouden we beren gaan bekijken en er was goed weer voorspeld.

Ja hoor: wéér plensregen!!! Grrrrr! We hadden weer een Zodiac geboekt dus snel omzetten naar een overdekt bootje. We zagen ons al zeiknat zitten met een nieuwe camera. Toen we het bootje zagen in de haven zag hij er hezelfde uit als de Berenboot (voor de nieuwe generatie, dat is iets uit het vorige millenium) En was dat even toepasselijk! Kapitein Brom meerde af en vol verwachting gingen we de haven uit. Snel nog wat zeeleeuwen en een adelaar gekiekt, maar waar bleven die beren? Nou we weten nu wat ze aan het doen waren: 'broodjes smeren' want wij hebben dus geen beer gezien. Na drie uur gaven we het op en gingen we weer naar de haven. Alledrie misselijk als wat, want een bootje á la Berenboot is niet zo 'stabiel' op de kustgolven van de Pacific. Dus geen beren maar wel een kater...

In de middag nog even naar Tofino gereden (zal er zonder dreigende wolkenlucht best mooi geweest zijn) en na het eten weer naar ons hutje.

Nou ja, je kunt niet alles hebben en het kan altijd erger: Een dag ervoor waren in Tofino drie toeristen en de piloot verongelukt toen hun watervliegtuigje neerstortte en direct zonk.

Vanmorgen vroeg vertrokken en met de veer van Nanaimo naar Horse Shoe Bay gevaren en nu zitten we in een gloednieuw 4**** hotel in de wintersportplaats Whistler. Bekend van de Olympische spelen. Er is in het centrum een memorialtje voor de omgekomen rodelaar Nodar Kumaritashvili en de kabelbanen naar boven werken ook 's zomers zodat we morgen op de plannning hebben staan om naar boven te gaan. Als het weer mee zit natuurlijk, want anders is er geen bal aan. Duim voor ons a.u.b.!!!!!

Orka's!

Of de duvel ermee speelt: we zitten weer in Chinatown! Dit keer in Victoria in Paul's Motor Inn. Gisteren zijn we met de veerboot van Tsawwassen naar Swartz Bay gevaren, dus nu zitten we op Vancouver Island. Onderweg zagen we een streepje blauw aan de hemel dus daar hebben we snel een fotootje van gemaakt. Maar goed ook want onderweg werd het alweer bewolkter en donkerder. De boottocht was er niet minder mooi om hoor, maar de dag later zouden we in een rubberbootje het water opgaan en er werd regen voorspeld...

Vanmorgen waren de straten inderdaad nat maar gelukkig bleef het voor de rest van de dag droog. We werden met een gratis shuttlebusje opgehaald en bij de haven in een soort warme regenpakken gehezen. We voelden ons net een paar stoere krabvissers zoals je weleens bij Discovery ziet. Nu kunnen we jullie ook wel zeggen: varen op een Zodiac is niet voor mietjes! Het waaide nogal en de RIB (Rigid Infatable Boat) stuiterde als een dolle op het water en het bijbehorende opspattende zeewater spoelde de mascara direct uit je ogen! We hadden een paar keer airtime (dan kom je dus gewoon los van je zitting) dus we moesten ons goed vasthouden. In de baai tussen Canada en USA voeren we met een noodgang rond en gelukkig zagen we na een tijdje de eerste orka´s zodat de boot wat langzamer ging varen. Op een ruige zee in een rubberbootje is het geen eenvoudige klus om orka´s te fotograferen maar het is Hans gelukt om een paar duidelijke plaatjes te schieten. Op een gegeven moment troffen we een walvis en een paar orka´s op dezelfde plek aan. Heel ongewoon want ook walvis staat op het menu van de killerwhales dus de walvis maakte dat hij wegkwam. Verder hebben we nog wat zeehonden (ook orkafood) en zeeleeuwen gezien en na 3 uur keerden we voldaan weer terug naar de haven. Na het eten een kop koffie bij Blenz gedronken, in plaats van die eeuwige (en ruim overschatte) Starbucks die we tot nu toe op bijna elke hoek van een straat tegenkomen. Hans probeerde een Macha, een klasieke groene thee (met zo´n Japans kloppertje opgeschuimd). Toen het op tafel kwam leek het op slootwater en zo smaakte het ook!

Victoria is gebouwd naar Brits voorbeeld. Daar zijn ze dus een beetje in doorgeslagen. Er rijden dubbeldekkers, ´s middag wordt er High Tea geserveerd in het statige Empress Hotel en je ziet er doedelzakspelers, en pubs. Dus wat doe je dan? We aten er Fish & Chips en dronken er een Cider...Morgen op weg naar Ucluelet waar onze houten cottage op ons wacht en gelukkig rijden ze hier rechts (dat dan weer wel).

Nu gaan we snel de foto´s bekijken en we posten er een paar leuke!

Dag twee in Vancouver

Was het gister een regenachtige dag, dan was het vandaag een pokkeweerdag!

Frown
Balen hoor, maar voor deze tijd van het jaar hier heel normaal. Vandaag eerst weer met de Chinezen-bus richting Downtown gegaan en in China Town uitgestapt. Nadat we het Dr. Sun Yat Sen park hebben bekeken zijn we op jacht gegaan naar de jasmijnthee. Vonden we, maar koste per pak zo'n €60,00! Na wat verder zoeken hebben we wat voordeligers gevonden, 'Maar,' zei de verkoopster: 'deze kwaliteit is medium, dus die kun je maar 3 á 4 keer hergebruiken.' Na haar uitleg begrepen we dat we de thee die we thuis gebruikten en na één keer gebruik weggooiden niet de bedoeling was... Vandaaar dat dat potje thuis zo snel leeg ging! Nahjah, aldoende leert men.

Daarna gingen we met de open bus (het afgesloten deel was natuurlijk weer vol) door de regen richting Gastown. Vernoemd naar Gassy Jack, niet vanwege zijn voorliefde voor bruine bonen, maar omdat hij van opgeblazen verhalen vertellen hield. In de boekjes leuke terrasjes enzo maar nu een natte toestand. In The Old Spagetti Factory hebben we wat gegeten enzijn we wat opgedroogd. Een leuk restaurant met Italiaanse keuken. De inrichting is ouderwets met Tiffany-lampen en koper (lijkt een beetje op de caroussel in de Efteling) en midden in de zaak staat een tramwagon uit 1904 waar nu ook in gegeten kan worden. Daarna even de eerste stoomklok ter wereld bekeken. Boze togen beweren dat hij tegenwoordig gewoon op electriciteit loopt, maar elk kwartier fluit hij het Westminster-thema met stoom. Omdat het weer maar niet beter werd besloten we maar in de bus (gelukkig zaten we nu wel droog) de tour te volgen en hebben een tijd door de stad gekard, en wat geshopt. Als avondmaal hebben we heerlijk sushi gegeten in één van de ZEER vele sushi-tentjes in Yaletown. Een trendy wijk met loungebars, gallery´s en restaurantjes in oude pakkhuizen.

Na twee dagen kunnen we concluderen dat de Vancouveriten zeer beleefd en vriendelijk zijn. We zijn zo'n vier keer aangsproken of we verdwaald waren en hulp nodig hadden en mensen beginnen spontaan een praatje met je als ze horen dat je buitenlander bent. Hoewel.... gister zagen we vanuit de auto een dame langs de kant van de weg staan die er nogal hoerig bij stond. Aan haar brede grijns en knipoog besefte we dat ze inderdaad haar werkkleding aanhad en dat ze niet op de bus stond te wachten...OOOOoopppss! Gas geven!!!!